Archief FAQ's
-
NOW-regeling en concernbegrip
NOW-regeling en concernbegrip
Vraag
Artikel 6.4 van de NOW-regeling geeft onduidelijkheid in verschillende situaties. Niet altijd is duidelijk wat er onder het concernbegrip moet worden verstaan. Soms lijkt de regeling ook niet aan haar doelstelling te voldoen. Bijvoorbeeld doordat een verkopende partij van een werkmaatschappij in 2019 omzetdaling in 2020 kan laten zien en een kopende partij, waar de werknemers in ondergebracht zijn, juist niet. Verwacht de NBA hier nog aanpassing in?
Antwoord
Ja, deze vragen zijn bij ons bekend en dit is ook in de Tweede Kamer middels een motie aan de orde gesteld. Er is een motie aangenomen met de opdracht aan de regering om: “te bezien of de NOW kan worden uitgebreid met de mogelijkheid om op werkmaatschappijniveau c.q. autonoom aan het economisch verkeer deelnemende onderdelen van een concern aanspraak te laten maken, met voldoende waarborgen om negatieve effecten als strategisch gedrag te mitigeren”.
Zie bijgaande link.
Update, 22 april 2020
Op 22 april 2020 heeft het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een brief naar de Kamer gezonden inzake moties en toezeggingen.
Hierin staat samengevat het volgende:
Voor concerns met minder dan 20 procent omzetverlies wordt het mogelijk gemaakt dat individuele werkmaatschappijen subsidie voor hun loonkosten aanvragen op basis van de omzetdaling van de werkmaatschappij. Aan deze mogelijkheid worden extra voorwaarden verbonden:
- door eisen te stellen aan het dividend- en bonusbeleid en aan het overleg met de vakbeweging;
- door aanvullende accountantscontroles te vereisen.
Verder verwijst de brief naar “uitvoerig overleg dat er met de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA) geweest is over de condities waaronder een versoepeling mogelijk is”.
De NBA werkt momenteel een programma van aanpak uit. Hierin wordt ingezet op een standaard werkwijze rond de benodigde verklaringen in het kader van de NOW-regeling voor accountants en aan een adequate ondersteuning om haar leden hierbij te gaan faciliteren.
Te denken valt hierbij aan een opleidingsprogramma, een helpdesk en een communicatiebeleid. Het projectteam bestaat uit leden van binnen en buiten de NBA die zijn geselecteerd op basis van hun specifieke kennis en ervaring.
De NBA blijft hierbij in overleg met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Update, 1 mei 2020
In vervolg op de eerdergenoemde motie en toezeggingen aan de Kamer is de regeling aangepast. Meer informatie treft u achter deze link.
Ten aanzien van het concernbegrip staat hier onder andere in:
1. Na artikel 6 wordt een artikel ingevoegd, luidende: Artikel 6a. Afwijking van bepalen omzetdaling op niveau concern of groep
In afwijking van artikel 6, vierde lid, kan aan de werkgever die deel uitmaakt van een groep, die daarom bij de aanvraag tot vaststelling van de subsidie heeft verzocht, subsidie worden verstrekt waarbij de omzetdaling wordt bepaald op basis van de omzetdaling van die rechtspersoon of vennootschap afzonderlijk, indien aan de voorwaarden is voldaan.
2. Artikel 8 wordt gewijzigd:
Aan het vijfde lid wordt toegevoegd dat in afwijking van de eerste zin voor de werkgever die onderdeel is van een groep als bedoeld in artikel 6, vierde lid, niet hetzelfde percentage van 20%, bedoeld in het vierde lid, onderdeel b hoeft te worden gehanteerd als het percentage dat voor de groep wordt gehanteerd, als de werkgever verzocht heeft om toepassing van artikel 6a.
De voorwaarden zijn samengevat:
- de rechtspersoon of vennootschap heeft geen bedrijfsmatige activiteiten die voor meer dan de helft bestaan uit het binnen de groep ter beschikking stellen van arbeidskrachten (i.c. loon-bv’s);
- de rechtspersoon of vennootschap handelt in overeenstemming met overeenkomst met de OR of vertegenwoordiging werknemers;
- het groepshoofd/moedermaatschappij, verklaart voorafgaand aan de aanvraag dat over 2020 geen dividenden aan aandeelhouders of bonussen aan de Raad van Bestuur en directie van het concern en de rechtspersoon of vennootschap of winstdelingen, zullen worden uitgekeerd of eigen aandelen zullen worden ingekocht door de rechtspersonen binnen de groep tot en met de datum van de vergadering waarin de jaarrekening wordt vastgesteld in 2021.
- de andere rechtspersonen of vennootschappen binnen een groep als bedoeld in artikel 6, vierde lid, voeren geen opdrachten of projecten uit die ten koste kunnen gaan van de afzonderlijke rechtspersoon of vennootschap waarvoor de omzetdaling wordt bepaald;
- de omzetdaling van de groep, bedoeld in artikel 6, vierde lid, bedraagt minder dan 20%, in de periode, bedoeld in artikel 8, vierde lid, onderdeel c.
- Indien werknemers van de rechtspersoon of vennootschap, waarvan de omzet wordt vastgesteld, in de subsidieperiode werkzaamheden verrichten bij een andere rechtspersoon of vennootschap, wordt de omzet van de rechtspersoon naar boven bijgesteld. Voor de berekening van de verhoging wordt de omzet over 2019 afgezet tegen de loonkosten over 2019. Deze verdeling wordt toegepast op de loonkosten zoals deze zijn ingezet bij de andere rechtspersoon of vennootschap en toegerekend aan de omzet over de periode, bedoeld in artikel 8, vierde lid, onderdeel c.
Update 20 mei 2020
Op woensdag 20 mei heeft het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een brief naar de Tweede Kamer gestuurd met de aankondiging van de Derde wijziging in de NOW regeling. Ten aanzien van de 'concernproblematiek', zoals hierboven verwoord, zijn hier een aantal antwoorden in terug te vinden.
Deze zijn terug te vinden in paragraaf 2 'Bepaling relevante loonsom en omzet in situaties van overgang van onderneming' en betreffen onder andere:
In de uitvoering van de NOW is gebleken dat zich met name rondom een onderneming die een andere onderneming heeft overgenomen sprake kan zijn van een niet-representatieve omzet- of loonsombepaling. De minister stelt voor om het mogelijk te maken de afwijking van de standaardregel voor omzetbepaling van startende ondernemingen toe te passen op ondernemingen die een andere onderneming hebben overgenomen.
Voor ondernemingen die op 1 januari 2019 nog niet bestonden, geldt dat voor de referentieperiode voor omzet de hele kalendermaanden vanaf de eerste kalendermaand na de dag van aanvang van de bedrijfsuitoefening in 2019 tot en met februari 2020 worden genomen, omgerekend naar 3 maanden.
Door de reeds in de regeling opgenomen bepaling voor startende ondernemingen ook als mogelijkheid te hanteren bij ondernemingen die (een deel van) een andere onderneming hebben overgenomen en dus feitelijk in een nieuwe bedrijfssamenstelling zijn gaan werken, kan de omzetvergelijking vanaf de eerste kalendermaand na de dag van overgang voor de hele kalendermaanden in 2019 tot en met 29 februari 2020 worden genomen, omgerekend naar 3 maanden.
Op die manier kan beter aangesloten worden bij de daadwerkelijke omzet(daling) van ondernemingen die een overname hebben gedaan voorafgaand aan de NOW.
Net als voor startende ondernemingen geldt voor ondernemingen die een overname hebben gedaan en gebruik willen maken van de regeling, dat deze overname minimaal één kalendermaand voor 29 februari 2020 ligt; er moet immers een relevante refertemaand overblijven.
Zowel voor startende ondernemingen, als ondernemingen die een overname hebben gedaan, geldt dat duidelijk traceerbaar is vanaf welk moment de start of overname zou moeten leiden tot een alternatieve omzetberekening.
Doordat bij genoemde situaties, anders dan bijvoorbeeld bedrijven met een seizoenspiek in de omzet, duidelijk is vanaf welke datum de alternatieve berekening gehanteerd moet worden, is deze rekenmethode ook voor accountants (die over een omzetdaling een verklaring moeten afgeven) hanteerbaar en controleerbaar.
Bovengenoemde oplossingen dekken niet alle situaties waarin de omzet- of loonsom in de referteperiode door een overname niet precies aansluit op de daadwerkelijke omzet(daling) of loonsom. De minister acht het wel van belang dat – indien aanvragen uitvallen in de reguliere processen – deze in de uitvoering zodanig worden beoordeeld en behandeld dat in zoveel mogelijk gevallen recht wordt gedaan aan het doel van de NOW.
De NBA heeft een dertigtal FAQ’s met specifieke vragen rond het concernbegrip voorgelegd aan het ministerie van SZW. Zodra de antwoorden afgestemd zijn, zullen wij hierover berichten op deze website.
Geplaatst: 17 april 2020 (10:10 uur)
Sluiten
Laatste versie: 25 mei 2020 (09:12 uur) -
Hoe gaat de NOW-regeling om met liquiditeitsproblemen?
Hoe gaat de NOW-regeling om met liquiditeitsproblemen?
De NOW-regeling (Tijdelijke Noodmaatregel voor Overbrugging Werkbehoud) gaat uit van het omzetcriterium. Er kunnen echter bij de cliënt situaties ontstaan waardoor de (periodieke) facturering wel doorgaat, maar de betalingen hierop sterk teruglopen. De ondernemer ontvangt dan minder geld en zo kunnen er toch liquiditeitsproblemen voor de onderneming van uw cliënt ontstaan.
Hoe gaat de regeling hiermee om?
Antwoord
De NBA heeft dit aandachtspunt gesignaleerd en zal dit inbrengen in de contacten die er tussen de NBA en het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid bestaan.
Mogelijk dat liquiditeitsproblemen middels een andere regeling uit het noodmaatregelenpakket worden ondervangen, zoals het Noodloket of de BMKB (Borgstelling MKB-Kredieten). De regeling is namelijk niet bedoeld voor het ondervangen van liquiditeitsproblemen. De regeling is ontworpen om werkgelegenheid te kunnen behouden.
Eerste versie: 23 maart 2020
Sluiten
Laatste update: 7 april 2020
-
Wordt de NOW-regeling aangepast voor seizoensbedrijven?
Wordt de NOW-regeling aangepast voor seizoensbedrijven?
Vraag
De NOW-regeling kan soms gunstig en soms heel ongunstig uitpakken voor bedrijven met grote seizoenfluctuaties zoals strandtenten, toeristische attracties of bedrijven in de landbouw. Verwacht de NBA dat de NOW-regeling hierop wordt aangepast?
Antwoord
De NOW-regeling beoogt ondernemingen die onder de huidige bijzondere omstandigheden te maken hebben met een omzetverlies van meer dan 20 procent een tegemoetkoming in de loonkosten te geven op basis waarvan zij zoveel mogelijk de salarissen aan hun werknemers kunnen doorbetalen.
In de Kamerbrief van 22 april 2020 van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wordt aandacht besteed aan de seizoensproblematiek. Hierin staat: “Het adresseren van seizoenswerk vraagt om maatwerk en een aparte regeling. Het komen tot een uitvoerbare optie met een goede afbakening, is een complexe uitdaging. Het kabinet zoekt hard naar een oplossing.”
Tevens staat hierin dat: “het in een aantal urgente gevallen – de sierteelt en de culturele sector, die op bijzondere wijze aan het seizoen gebonden zijn - reeds mogelijk bleek om specifieke maatregelen te treffen door aan te sluiten bij bestaande gegevens of subsidiestromen”.
De NBA heeft regelmatig contact met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en zal u verder informeren, zodra er meer bekend is.
Zie voor meer informatie de complete brief.
Update 20 mei 2020
In de Kamerbrief van 20 mei met betrekking tot het Noodpakket 2.0 staat hierover het volgende:
- Bij de verlenging van de NOW wordt gekozen voor de maand maart (peildatum 15 mei) als referentieloonsom. Dit kan al een uitkomst bieden voor seizoensbedrijven die tussen januari en maart hebben opgeschaald.
Nieuwe rekenmethode
- Ook is besloten een aanpassing te maken in het eerste subsidietijdvak van de NOW. De aanpassing wordt automatisch bij de subsidievaststelling toegepast bij aanvragers voor wie dit voordelig uitpakt. Indien de loonsom van maart tot en met mei hoger is dan de loonsom van driemaal januari wordt de loonsom van maart tot en met mei als uitgangspunt genomen voor de berekening van de subsidiehoogte bij vaststelling. De loonsommen van april en mei worden vervolgens gemaximeerd op de loonsom van maart (peildatum 15 mei). Hiermee gaat het totale subsidiebedrag voor de werkgever omhoog. De aanpassing leidt enkel tot aanvullende compensatie bij subsidievaststelling, de bevoorschottingssystematiek van de NOW wordt niet aangepast. De aanvullende tegemoetkoming zal na afloop van de subsidieperiode, maar niet eerder dan september, tot een uitbetaling leiden.
- Er vindt een natuurlijke seizoenscorrectie plaats vanwege een spreiding van de subsidie over zes maanden. Een seizoenspatroon kan voordelig of nadelig uitwerken in de reguliere NOW-systematiek, waarbij de subsidie het meest nadelig uitpakt wanneer de reguliere seizoenspiek in de subsidieperiode plaatsvindt. Vanwege een subsidieperiode van 6 maanden wordt dit effect gespreid en is het totale subsidiebedrag over de twee periodes representatiever voor het bedrijf.
Meer informatie kunt u terugvinden in de complete Kamerbrief van 20 mei.
Geplaatst: 23 april 2020 (10:15 uur)
Sluiten
Update: 25 mei 2020 (10:12) -
Welke baten vallen onder het omzetbegrip uit de NOW-regeling en hoe wordt de omzetdaling berekend?
Welke baten vallen onder het omzetbegrip uit de NOW-regeling en hoe wordt de omzetdaling berekend?
Antwoord
Omzetbegrip
Voor rechtspersonen
- De regeling verwijst naar de definitie van het netto-omzetbegrip zoals gedefinieerd in BW 2: 377 lid 6.
- Deze omzet wordt gecorrigeerd voor de in de winst- en verliesrekening verantwoorde wijziging in onderhanden projecten.
- Voor de omzet dient een bestendige gedragslijn gevolgd te worden voor de grondslagen en detailtoepassingen die consistent zijn met de grondslagen en detailtoepassingen zoals deze zijn gehanteerd in de laatste (vóór 1 maart 2020 vastgestelde jaarrekening), mits deze conform wet- en regelgeving is opgesteld.
- Alle baten die voortkomen uit de uitvoering van normale activiteiten van een organisatie, ook als deze gewoonlijk met een andere term dan omzet worden aangeduid, vallen onder omzet in de zin van deze regeling.
- Het matchingbeginsel wordt toegepast. Subsidies en baten die betrekking hebben op een langere periode dan de gekozen meetperiode worden naar rato aan de betreffende perioden toegerekend voor de bepaling van de omzetdaling.
Voor natuurlijke personen (specifiek)
- Omzetbepaling die de basis is geweest voor de laatst vastgestelde aangifte voor de Wet inkomstenbelasting 2001, mits deze conform de wet- en regelgeving is opgesteld.
- Zie verder de voorwaarden bij rechtspersonen.
Omzetdaling
In de regelgeving is het volgende opgenomen ten aanzien van het omzetbegrip en de berekening van de omzetdaling:
Voor de berekening van de omzetdaling wordt gekeken naar uw omzet in januari tot en met december 2019. 25% van die omzet (= de referentie-omzet) wordt vergeleken met de verwachte omzet in de meetperiode.
De meetperiode is een periode van drie aaneengesloten kalendermaanden vanaf 1 maart 2020. Dat is meestal de periode maart-april-mei 2020. Deze periode kan ook later starten, bijvoorbeeld als de omzetdaling pas later zichtbaar is. Dan kan als meetperiode april-mei-juni 2020 of mei-juni-juli 2020 worden gekozen.
Het verschil tussen 25% van omzet 2019 (= de referentie-omzet) en de omzet in de gekozen meetperiode geldt als het omzetverlies.
Op basis van dit verlies krijgt de aanvrager de compensatie. Omdat dit verlies nog niet definitief berekend kan worden op dit moment, krijgt de aanvrager een voorschot van 80% van verwachte vergoeding alvast uitgekeerd. Achteraf wordt het daadwerkelijke omzetverlies vastgesteld middels een eindafrekening, die boven een subsidiebedrag van € 125.000 (voorschot € 100.000 ) moet worden voorzien van een accountantsverklaring.
Bij bepaling van de omzetdaling is het in geval van twijfel ook van belang om de doelstelling van de regeling in de overwegingen te betrekken; de geest van de wet. De doelstelling is om werkgevers tegemoet te komen in de betaling van de loonkosten, indien sprake is van een acute terugval in de omzet met ten minste 20% gedurende een periode van drie maanden, vanwege de gevolgen van de buitengewone omstandigheden rond de coronapandemie. Het gaat dan om omstandigheden die niet tot het normale ondernemersrisico kunnen worden gerekend. De doelstelling is om werknemers in dienst te kunnen houden voor de uren die zij werkten vóórdat sprake was van deze omzetdaling.
De uitkomst van de berekening van de omzetdaling wordt uitgedrukt in hele procenten en naar boven afgerond.
Gebroken boekjaren/verkorte boekjaren
De omzet, die gerealiseerd is in de periode vanaf de eerste kalendermaand na de dag van aanvang van de bedrijfsuitoefening tot en met 29 februari 2020, gedeeld door het aantal maanden waarvan de omzet in aanmerking wordt genomen, vermenigvuldigd met drie is de referentie-omzet bij een verkort boekjaar.
Bij een gebroken boekjaar worden de omzetcijfers over de kalendermaanden van 2019 samengevoegd om te komen tot de omzet per kalenderjaar 2019.
Concern
Zie hiervoor verder een separate FAQ.
Indien de rechtspersoon of vennootschap onderdeel is van een groep als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, wordt uitgegaan van de omzetdaling van de groep zoals deze op 1 maart 2020 bestond.
Indien de rechtspersoon een dochtermaatschappij is van een ander (zoals bedoeld in artikel 24a van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek) worden de dochtermaatschappij en de rechtspersoon voor de werking van deze regeling behandeld als waren zij een groep.
Voor de bepaling van de omzetdaling worden de Nederlandse rechtspersonen en vennootschappen in aanmerking genomen, alsmede buitenlandse rechtspersonen en vennootschappen met loon in Nederland.
Werkmaatschappijniveau
Per 1 mei jl. is artikel 6a toegevoegd aan de regeling. De werkgever die deel uitmaakt van een groep, kan subsidie worden verstrekt waarbij de omzetdaling wordt bepaald op basis van de omzetdaling van die rechtspersoon of vennootschap afzonderlijk (=werkmaatschappij- of subgroepniveau), indien aan de voorwaarden is voldaan. Deze zijn samengevat:
- De rechtspersoon of vennootschap heeft geen bedrijfsmatige activiteiten die voor meer dan de helft bestaan uit het binnen de groep ter beschikking stellen van arbeidskrachten (i.c. loon-bv’s).
- De rechtspersoon of vennootschap handelt in overeenstemming met overeenkomst met de OR of vertegenwoordiging werknemers.
- (De aandeelhouders van) het groepshoofd/moedermaatschappij, verklaren voorafgaand aan de aanvraag dat over 2020 geen dividend aan aandeelhouders zal worden uitgekeerd of eigen aandelen zullen worden ingekocht door de rechtspersonen binnen de groep tot en met de datum van de vergadering waarin de jaarrekening wordt vastgesteld in 2021.
- (De aandeelhouders van) het groepshoofd/moedermaatschappij, verklaren voorafgaand aan de aanvraag dat over 2020 geen bonussen en/of winstdelingen aan de Raad van Bestuur en/of aan de directie van het concern van de rechtspersoon of vennootschap, zal worden uitgekeerd, door de rechtspersonen binnen de groep.
- De andere rechtspersonen of vennootschappen binnen een groep als bedoeld in artikel 6, vierde lid, voeren geen opdrachten of projecten uit die ten koste kunnen gaan van de afzonderlijke rechtspersoon of vennootschap waarvoor de omzetdaling wordt bepaald.
- De omzetdaling van de groep, bedoeld in artikel 6, vierde lid, bedraagt minder dan 20%, in de periode, bedoeld in artikel 8, vierde lid, onderdeel c.
- Indien werknemers van de rechtspersoon of vennootschap, waarvan de omzet wordt vastgesteld, in de subsidieperiode werkzaamheden verrichten bij een andere rechtspersoon of vennootschap, wordt de omzet van de rechtspersoon naar boven bijgesteld. Voor de berekening van de verhoging wordt de omzet over 2019 afgezet tegen de loonkosten over 2019. Deze verdeling wordt toegepast op de loonkosten zoals deze zijn ingezet bij de andere rechtspersoon of vennootschap en toegerekend aan de omzet over de periode, bedoeld in artikel 8, vierde lid, onderdeel c.
Not-for-profit organisaties
Deze organisaties stellen in veel gevallen in plaats van een winst- en verliesrekening een staat van baten en lasten op.
Baten die voortvloeien uit normale activiteiten van deze rechtspersonen worden in veel gevallen met een andere benaming aangeduid. Deze worden voor het doel van deze regeling wel meegenomen in het omzetbegrip. Deze werkgevers krijgen namelijk financiering vanuit (semi)publieke middelen en dat zorgt in het kader van de NOW-regeling ook voor opbrengsten van waaruit de loonkosten worden betaald.
De baten, opbrengsten en andere voordelen, zoals uitkeringen, subsidies, renteopbrengsten en bijdragen vanuit een overheidsinstelling of andere opbrengsten, zoals giften worden ook als omzet gezien voor deze regeling. In dit kader worden financiering uit publieke middelen of andere vormen van baten meegenomen in het omzetbegrip bij organisaties waar dit één van haar belangrijkere inkomstenbronnen is. Bepaalde financiering/bekostiging uit het publieke domein worden dus als omzet/baten gezien (zie RJ274 en bijv. RJ640.204a en verder).
Vragen en onduidelijkheden
Begrippen als “concern” en “normale activiteiten” vragen nog om nadere oordeelsvorming en mogelijk om verduidelijking van de NOW-regeling door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Materiële subsidies met een specifiek doel, zoals bijvoorbeeld investeringssubsidies, die normaliter niet worden gebruikt voor de betaling van loonkosten, vallen wellicht niet onder het omzetbegrip van deze Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid van bijvoorbeeld not-for-profit organisaties.
Er zijn signalen dat organisaties in het publieke domein het gebruik maken van de NOW-regeling uitsluiten in combinatie met aanvullende publieke bekostiging, zodat er niet dubbel kan worden ontvangen. De concrete uitwerking hiervan hebben wij nog niet beschikbaar.
Ook zijn er nog vragen over de gevolgen van rechtsvormwijzigingen van eenmanszaak/vof naar BV of andersom per 1 januari 2020 bijvoorbeeld.
Ten slotte zijn er vragen over de nieuwe bepalingen voor de bepaling van omzetdaling op werkmaatschappijniveau (artikel 6a). Hoe moeten financials en accountants vaststellen dat binnen de groep “geen opdrachten of projecten uit worden gevoerd die ten koste kunnen gaan van de afzonderlijke rechtspersoon of vennootschap waarvoor de omzetdaling wordt bepaald”.
De NBA heeft hierover overleg met het ministerie van SZW en zal u hierover op deze website informeren zodra er meer bekend is.
De geconsolideerde tekst van de NOW-regeling treft u achter deze link.
De tweede wijziging van de NOW-regeling (artikel 6a) treft u achter deze link.
De derde wijziging van de NOW-regeling (o.a. omzetbepaling bij overgang van een onderneming) treft u achter deze link.
Geplaatst: 26 mei 2020 (16:15 uur)
Sluiten
Uw contactpersonen zijn: Berthold de Jong en Annette Houwaart.
Disclaimer
De antwoorden op de FAQ’s zijn opgesteld door de Helpdesk van de NBA. Op deze antwoorden zijn dan ook de algemene voorwaarden van de Helpdesk van de NBA van toepassing.