Accountants vinden afwijkingen in 63% van de controles van jaarrekeningen
Tijdens de controle stelt de accountant vast of de jaarrekening van de onderneming een getrouw beeld geeft. De accountant controleert of de jaarrekening is opgesteld conform de daarvoor geldende regels en met een hoge mate van zekerheid vrij is van belangrijke fouten.
25 november 2019
De jaarrekeningcontrole kent ook een bepaalde preventieve werking: de gecontroleerde entiteit weet dat de door haar opgestelde informatie gecontroleerd zal worden door een extern accountant. Hierdoor zal zij trachten de informatie foutloos aan te leveren. Ook draagt de accountantscontrole bij aan de ‘first time right’ door op basis van de controle tekortkomingen in de interne beheersing te rapporteren zodat het management (en het toezichthoudend orgaan) de interne beheersing op die gebieden kan verbeteren.
Desalniettemin constateert de accountant bij het merendeel van zijn controles afwijkingen in de cijfers. Dit kunnen ‘harde’ technische onjuistheden zijn, maar ook meer ‘zachte’ verschillen in beoordeling. Posten in de jaarrekening kunnen onderhevig zijn aan een bepaalde mate van subjectiviteit. De schattingen die in bepaalde situaties worden gemaakt kunnen van materiële invloed zijn op de jaarrekening. Bijvoorbeeld de aannames bij grote infrastructurele projecten of over de uitkomst van een rechtszaak.
De accountant communiceert alle relevante geconstateerde verschillen met het management van de onderneming. Het management van de onderneming zal verzocht worden de geconstateerde verschillen te onderzoeken en eventueel correcties door te voeren in de financiële overzichten. De extern accountant bepaalt eveneens welke verschillen ook gecommuniceerd moeten worden met het toezichthoudend orgaan van de onderneming (those charged with governance).
Een goedkeurende verklaring wordt enkel afgegeven indien eventuele niet-gecorrigeerde verschillen individueel en op totaalniveau geen materiële impact op de jaarrekening hebben. ‘Materieel’ wil zeggen dat de besluitvorming van de gebruikers van de jaarrekening er door wordt beïnvloed. Met andere woorden: gebruikers komen wellicht tot een ander besluit als zij geweten zouden hebben dat een fout van dergelijke omvang in de verantwoording zit.
Op basis van een steekproef met 467 controle-opdrachten blijkt dat de accountant bij 63 procent van de controles afwijkingen heeft geconstateerd. Ruim 80 procent van de ondernemingen in de steekproef is te classificeren als groot of middelgroot.
Controles met afwijkingen
Boekjaar | Wel afwijkingen | Geen afwijkingen | Aantal controles | ||
2015 | 46 | 61% | 30 | 39% | 76 |
2016 | 134 | 60% | 88 | 40% | 222 |
2017 | 112 | 66% | 57 | 34% | 169 |
Totaal | 292 | 63% | 175 | 37% | 467 |
Omvang van de geconstateerde afwijkingen
De invloed op het gepresenteerde vermogen en resultaat van deze afwijkingen verschilt. In het onderstaande taartdiagram is de omvang van de aanpassing gerelateerd aan de omvang van het netto-resultaat na belastingen. In een volgende versie wil de NBA ook het effect op vermogen en balans zichtbaar maken. Uit het diagram is af te leiden dat 53 procent van de aanpassingen 5 procent of meer van het netto-resultaat bedraagt. In 30 procent van de gevallen is het effect zelfs meer dan 25 procent.
Gemiddelde relatieve omvang van geconstateerde fouten
De naar aanleiding van de controles doorgevoerde correcties hebben dus een relevante invloed op veel gepubliceerde jaarrekeningen. Daarnaast worden naar aanleiding van de controle in nagenoeg alle gevallen kwalitatieve verbeteringen doorgevoerd in de jaarrekening. Bijvoorbeeld door toevoeging of aanpassing van toelichtingen. Slechts zelden is de eerste versie van de jaarrekening ook de definitieve versie.
Eén van de lopende onderzoeken van de Foundation for Auditing Research (FAR) richt zich op de “the auditor’s evaluation of misstatements” (zie hier). Daarin doen Prof.dr. Ann Vanstraelen (Universiteit van Maastricht) en collega’s verdiepend onderzoek naar de identificatie van controlebevindingen en wat de bijdrage is van de controlerend accountant tussen de pre-audited en post-audited financial statements – om in kaart te brengen wat de (added) value van de audit is. Eerder wetenschappelijk onderzoek laat zien dat de kwaliteit van de jaarrekening voor en na accountantscontrole toeneemt. Onderzoek geeft overigens ook aan dat wanneer de controlerend accountant géén fouten constateert en er dus géén aanpassingen plaatsvinden, dat níet wil zeggen dat de controlerend accountant geen toegevoegde waarde heeft gehad of geen kwaliteit heeft geleverd. Eerder is dit een mogelijk effect van de preventieve werking die uitgaat van de controle.
Onderzoeksopzet
De NBA-werkgroep Dashboard Accountancy heeft gebruik gemaakt van aangeleverde data van accountantskantoren. Deze geanonimiseerde data betreft een aselecte steekproef aan wettelijke controlecliënten en de al dan niet daarbij gevonden afwijkingen over de gecontroleerde boekjaren 2015 tot en met 2017. De steekproef bevat verschillende typen ondernemingen met een verschillende omvang. Na schoning van de data in verband met ontbrekende gegevens betreft dit de geaggregeerde en geanonimiseerde gegevens van 467 ondernemingen vanuit vier verschillende oob-accountantsorganisaties (BDO, Deloitte, KPMG, en Mazars). Afgezet tegen het totaal aantal controles dat deze organisaties uitvoeren is 467 wel omvangrijk en wellicht niet statistisch representatief, maar de NBA vindt het desalniettemin belangrijk om een start te maken met het toegankelijk maken van data als deze. De controleverschillen zijn overigens per gecontroleerde entiteit of onderneming geaggregeerd ontvangen. De dataset geeft daarom geen inzicht in de hoeveelheid controleverschillen per gecontroleerde entiteit of onderneming.