Waarom vind jij het thema vrouwen en leiderschap belangrijk?

"Om twee redenen. Ten eerste omdat ik er grote moeite mee heb als mensen beoordeeld worden op basis van de groep waartoe ze behoren. Ook als je kan zeggen dat er statistisch verschillen zijn tussen groepen (wat bij verschillen tussen man en vrouw  nog zeer de vraag is volgens relevant wetenschappelijk onderzoek) wil dat nog niet zeggen dat een individu door die verschillen wordt bepaald. Ik vind het uitermate onrechtvaardig om iemand tekort te doen omdat diegene tot een groep behoort waarvan gedacht wordt dat die groep bepaalde negatieve kenmerken heeft.

Ten tweede vind ik dat áls vrouwen al verschillen van mannen, er daarmee nog geen negatief verschil bestaat. Verschillen van biologische of medische aard zijn voor leiderschap totaal irrelevant. Voor zover er verschillen in gedragskenmerken zijn tussen de groepen, en een individu daar ook nog eens aan voldoet, staat daarmee nog steeds geen nadeel vast. Om maar een voorbeeld te noemen, heeft Duitsland geleden onder het feit dat Angela Merkel een rationele denker, een zorgzame bestuurder, een weinig agressieve kanselier was? Ik denk het niet. Waren dat typisch vrouwelijke kenmerken? Weet ik ook niet, maar als dat zo is, was het eerder haar kracht dan haar zwakte.

Kortom, het is voor mij zowel een kwestie van rechtvaardigheid als een kwestie van synergievoordeel. Diverse teams functioneren beter, daar ben ik niet alleen vanuit de theorie maar ook vanuit eigen waarneming van overtuigd. Daarbij past wat vaak als typisch mannelijk wordt geduid, zoals agressie, speelsheid, competitiezucht, maar evenzeer wat vaak als typisch vrouwelijk wordt geduid, zoals rationaliteit en nuchterheid, efficiency, brede en genuanceerde waarneming."

Waar heb jij binnen deze groep behoefte aan?

"Ik heb niet zo heel veel behoeftes. Ik ben geen erg mannelijke man denk ik, dus ik hoef naar mijn idee niet zoveel af te leren. En ik ben als zzp'er ook niet erg bezig met wat bij mijn eigen organisatie speelt. Maar ik wil wel graag beschikbaar zijn om mijn bijdrage te leveren. Op het piepkleine domein waar ik dat kan, maar wel met het grote ideaal van een mensheid die volwassen wordt."

Wie inspireert jou en waarom?

"Ik laat mij graag inspireren door heel veel mensen. Schopenhauer en Nietzsche behoren tot de absolute top wat dat betreft, maar ook Von Clausewitz, Machiavelli, Sun Tzu, en zo kan ik nog een hele reeks noemen. Maar laat ik het heel veel dichter bij huis noemen. Ik krijg veel inspiratie van mensen die hun eigen plek innemen, die zich als autonome individuen uitspreken. Daar hoef je geen gearriveerd publiek figuur voor te zijn, in tegendeel. Ik zou ‍Wendy Groot willen noemen. Een jonge, hoogst intelligente, vriendelijke en succesvolle professional waar ik, in mijn beperkte waarneming, bijzonder blij van word. En dat zit voor een belangrijk deel in de volstrekte vanzelfsprekendheid waarin ze zichzelf is, zichzelf ook aan de wereld presenteert zoals ze is. Nooit in de verdediging. Nooit zich verontschuldigend voor wie ze is. Maar ook nooit moeite doende om zichzelf onzichtbaar te maken."

Veel topvrouwen geven aan in hun carrière hulp te hebben gehad van een sponsor: een ambassadeur die zorgt dat je bepaalde informatie krijgt of de eigen invloed gebruikt om bepaalde deuren voor je te openen. Wat zijn jouw ervaringen hiermee?

"Dit verschijnsel lijkt me voor mannen evenzeer van betekenis als voor vrouwen. Als je de top bereikt, hoe je die top zelf ook definieert overigens, past altijd bescheidenheid. Niemand van ons bereikt een deuk in een pakje boter zuiver op eigen talenten en inzet. We staan op de schouders van anderen, die ook weer op andere schouders staan. Het is, in velerlei opzicht, wat ons onderscheidt van dieren. We kunnen niet alleen zelf leren, we kunnen voortbouwen op wat anderen geleerd hebben. We kunnen iets bereiken, als voortzetting op wat anderen bereikt hebben.

Het betekent evenzeer dat we anderen volledig kunnen blokkeren door onze eigen schouders niet aan te bieden aan anderen om op te gaan staan. En dat is wel typisch iets waar vrouwen last van hebben. Iedereen die echt iets wil begrijpen van mannen zou Onder mannen van Norah Vincent moeten lezen. Het maakt zichtbaar hoe mannen elkaar als vanzelfsprekend verder helpen, juist omdat ze (we?) leven van spel en competitie.

Het is normaal mannengedrag, denk ik, om alles als spel te zien, en in elk spel te willen winnen. Maar nooit zomaar winnen, je wil winnen van de moeilijkst mogelijke tegenstander. En daarom zal je andere mannen, die in hetzelfde spel spelen als jij, eerst verder helpen zo goed mogelijk te worden, zodat je daarna een interessante competitie met ze aan kan gaan. Norah Vincent, zelf een vrouw, beschrijft dat tamelijk briljant in haar boek. Wat ze ook laat zien is hoe wezensvreemd dit is voor (veel) vrouwen. Als je niet leeft op competitie, maar op bijvoorbeeld groepsvorming engelijkheid, is het helemaal niet zo logisch elkaar verder te helpen. De vaak gehoorde klacht van (feministische) vrouwen –  dat vrouwen zo beroerd zijn voor elkaar terwijl mannen erg goed voor elkaar zorgen –  is daarmee naar mijn idee prima te verklaren."

Heb jij zelf iemand vooruit kunnen helpen?

"Ik hoop het. In sommige gevallen weet ik dat ik iemand wel een zetje heb kunnen geven door mijn schouders, mijn netwerk, mijn kennis aan te bieden. Ik ben zelf maar een kleintje, dus mijn bijdragen aan het leven van anderen is ook maar klein. Maar binnen mijn mogelijkheden probeer ik dat wel te doen ja."