MDIEU-regeling 2023

COPRO heeft de Accountantsprotocollen behorend bij de subsidieregeling Tijdelijke maatwerkregeling duurzame inzetbaarheid en eerder uittreden (MDIEU-regeling) van het Ministerie van SZW beoordeeld. Het betreft twee protocollen, het eerste protocol betreft de controle van de eindverantwoording, het tweede een Standaard 4400N opdracht bij het tussentijdse voortgangsverslag:

  • Accountantsprotocol behorend bij de subsidieregeling “Tijdelijke maatwerkregeling duurzame inzetbaarheid en eerder uittreden” (MDIEU-regeling) is gewijzigd naar aanleiding van wijziging in regelgeving. De laatste versie 1.9 vervangt daarmee de vorige versie 1.8.
  • Accountantsprotocol ten behoeve van de overeengekomen specifieke werkzaamheden in het kader van het tussentijdse voortgangsverslag van de subsidieregeling “Tijdelijke maatwerkregeling duurzame inzetbaarheid en eerder uittreden” (MDIEU-regeling) is gewijzigd naar aanleiding van wijziging in regelgeving. De laatste versie 1.4 vervangt daarmee de vorige versie 1.3. 

Oordeel COPRO (23019 A/B - 13 juli 2023)

COPRO heeft als eindoordeel dat het de twee accountantsprotocollen behorend bij de MDIEU-regeling uitvoerbaar zijn en en voldoen aan de voorwaarden van de Schrijfwijzer Accountantsprotocollen 2017.


Verduidelijking stap 8 van het controleprotocol behorend bij de eindverantwoording

In het controleprotocol bij stap 8 is het volgende opgenomen:

De accountant stelt vast dat de kosten door of op verzoek van de subsidieaanvrager (of door de partners in het samenwerkingsverband) zijn gemaakt en betaald (uiterlijk voor afronding van de controle door de accountant), en er een prestatiebewijs aanwezig is.

Met de volgende toelichting:

Artikel 19 lid 2: De kosten zijn ten laste van het project gebleven en rechtstreeks aan het project toe te rekenen en, met uitzondering van de buiten de projectperiode gemaakte kosten op grond van het eerste lid, onder c (RVU-uitkeringen), daadwerkelijk gemaakt en betaald. Prestatiebewijs: Voor interne medewerkers kunnen dat in functiescheiding tot stand gekomen urenregistraties zijn, waarbij tevens de relatie tussen ‘eindproduct’ en deze uren in redelijkheid gelegd kan worden. Voor bijvoorbeeld een externe adviesopdracht vormt het advies het prestatiebewijs. NB: de kosten van de accountant kunnen ook na afloop van de projectperiode betaald zijn.

Het Ministerie van SZW heeft deze stap als volgt verduidelijkt; in het geval dat er RVU uitkeringen worden verantwoord in het financieel verslag stelt de accountant vast dat er van de verantwoorde RVU uitkeringen die verricht zijn aan de deelnemers een betaalbewijs is van de eerste RVU uitkering, de laatste RVU uitkering en een (random door accountant geselecteerde) RVU uitkering gedurende de projectperiode. Per geselecteerde deelnemer dienen er dus 3 RVU betalingen gedocumenteerd en gecontroleerd te worden.

Download