In de derde aflevering vertellen zeven accountants over het samenwerken in teams, het mentorschap van junioren, de verschillen in generaties en het geven en ontvangen van feedback. De maatschappij heeft hoge verwachtingen en legt regels op aan accountants. In deze aflevering gaat het over de vragen hoe accountants omgaan met deze druk, hoe zij werken aan vertrouwen in hun teams, met collega’s en hoe je ondersteuning krijgt van je leidinggevenden. Kortom, hoe blijf je op gezonde manier in verbinding met elkaar?

Generatieverschillen

Waar generaties samenwerken, worden de verschillen zichtbaar. Dat merkt Bram Norder, die assistent accountant is bij KRC Van Elderen vooral in de arbeidsethos en de prioriteiten die accountants stellen in hun levens. “Ik denk dat sommige partners wat ouderwetser zijn: niet zeuren, maar poetsen. Jongeren vragen vaker om een goede work-life-balance.”

Een jaarrekeningcontrole is een kwestie van intensief samenwerken tussen partners en teamleden, tussen ervaren tekenbevoegde accountants en junioren. Omdat de maatschappij weinig tolerantie heeft voor accountants die fouten maken, moet die samenwerking in vertrouwen plaatsvinden. Dat vergt voor de tekenbevoegde uitoefenaar dan ook een groot verantwoordelijkheidsgevoel. Die moet kunnen vertrouwen op collega’s. Dat vraagt om open en heldere communicatie.

“Ik voel me altijd welkom om elke vraag te stellen”, ervaart Anne Kock van KPMG, die inmiddels ruim vier jaar werkzaam is in het beroep. “Het team is heel belangrijk. Als er iets niet goed gaat bij mij, kan ik altijd terugvallen op hen.”


Elkaar scherp houden

Voor Jelle, die onlangs tot partner is benoemd bij Newtone, is het voor leidinggevenden belangrijk om bereikbaar te zijn voor teamleden. “Zij moeten ook kunnen bouwen op mij. Dat ik er ben wanneer ze me nodig hebben.” Eerder in zijn loopbaan werkte hij voor tekenend accountants die naar zijn gevoel minder betrokken waren bij de specifieke opdrachten. “Maar nu ik er zelf zes tegelijk heb lopen, en bij al die opdrachten moet nadenken en mijn team helpen, snap ik het wel. De teams waar het min of meer vanzelf gaat, daar ben je dan al gauw wat minder aanwezig”, erkent hij.

Johan Berkouwer van Van Ree herkent de waarde van open communicatie in de samenwerking. “Ik heb collega’s die me feedback geven: ‘Johan, je gaat een paar stappen te ver vooruit.’ Collega’s die wat meer overdenken, kunnen mij remmen.” Voor hem helpt een grote diversiteit in karakters om elkaar scherp te houden. “Als je dat kunt samenvoegen, sta je supersterk.”


Focus op fouten


Toch moeten de verschillen niet worden overdreven, benadrukt Berkouwer. Hij bespeurt geen duidelijke knip tussen de verschillende generaties in het beroep. “Ik neem nu mensen aan met de leeftijd van mijn oudste kind. Maar iemand die nu begint, wordt ingewerkt door iemand die vorig jaar is begonnen, en die was weer ingewerkt door iemand die een jaar daarvoor gestart is. Als je er zo naar kijkt, zijn er geen generatieverschillen.”


Dat alles vraagt om gezonde feedback. Dat is een zaak van balans vinden tussen opbouwend en kritisch beoordelen, vindt Muddasser Hameed van Qconcepts. “In het verleden was het uit den boze als je een fout maakte. Als je dan een fout maakte, werd die veel zwaarder gewogen dan je goede punten.” Dat kan demotiverend werken, illustreert hij: “Soms moeten we iets evenwichtiger zijn in onze boodschap overbrengen.”


Feedback in balans

Voor tekenende partners ligt de lat hoog. De uitdaging voor hen is om een balans te vinden tussen het aansturen van teamleden door middel van disciplinering enerzijds en mentoring anderzijds. Die spanning illustreert bestuurslid Mariska van de Luur van KPMG met een anekdote. “Zelf was ik geen natuurlijke mentor. Toen ik ongeveer vier jaar werkzaam was bij KPMG, en stagiairs en eerstejaars begeleidde, werd ik bij een senior manager in de kamer geroepen. Hij zei: ‘Mariska, ga zitten. Ik wil iets met je bespreken. Ik heb hier mensen huilend aan de tafel.’” Van de Luur schrok van die feedback op haar aansturingsstijl. “Dat is nooit mijn intentie. Maar wat ik ervan geleerd heb, is om, vanuit mijn mentorschap, de lat voor de ander net een tikje hoger legt, dan de lat die ze voor zichzelf leggen. Dus met een uitdaging erin, maar dat hoeft niet mijn eigen uitdaging te zijn.”

Ook Anja Bast, directeur vaktechniek van Flynth, omschrijft zichzelf als veeleisend. “Ik wil dingen goed afleveren en dat verwacht ik ook van mijn mensen. Ik vind het belangrijk dat je doet wat je doet, omdat jij snapt wat je aan het doen bent.” In de samenwerking met haar teamleden volgt ze bovendien haar intuïtie. “Altijd als ik intrinsiek denk dat ik iets moet doen, en anderen vragen ‘waarom dan?’, en ik kan het niet helemaal uitleggen maar vind dat het moet gebeuren, heb ik gemerkt dat de kwestie later in het proces altijd terugkomt. Dus tegenwoordig ga ik op dat gevoel af. Ja, het moet gewoon.”

De serie Gedreven

In de serie die uit drie afleveringen bestaat, interviewt tv-presentatrice Pauline de Wilde accountants van diverse accountantskantoren met een uiteenlopende ervaring in het beroep. Elk van de geïnterviewde accountants vertegenwoordigt een generatie in het beroep. Het gaat om junioren, met drie tot vijf jaar werkervaring, gevorderde accountants die tien tot vijftien jaar in het vak actief zijn en senior accountants die partner zijn, of directielid in hun accountantsorganisatie.

De uitzending is vanaf vrijdag op de site van de NBA te zien. In de aflevering worden de volgende accountants geïnterviewd: Anja Bast-den Hollander (directeur vaktechniek bij Flynth), Muddasser Hameed (senior manager bij Qconcepts), Anne Kock (senior associate bij KPMG), Bram Norder (assistent accountant audit bij KRC Van Elderen), Jelle Steenhuis (partner audit & assurance bij Newtone), Johan Berkouwer (partner en directeur strategie & communicatie bij Van Ree Accountants) en Mariska van de Luur (als head of assurance lid van de raad van bestuur van KPMG).

Beroepscultuur

De interviewreeks 'Gedreven' maakt deel uit van het programma Beroepscultuur van de NBA. Dat programma beoogt een eenduidige visie op de toekomstbestendige beroepscultuur te formuleren en te stimuleren bij accountantskantoren en accountants.