Dat najaar, maar ook in de daarop volgende periode, heeft de ondernemer wel daadwerkelijk negatieve gevolgen ondervonden van de COVID-19 pandemie. Zo was en is de orderportefeuille minder gevuld dan normaal. Daarom meent de opdrachtgever recht te hebben op de NOW. Ten opzichte van (25% van de jaaromzet van) vorig jaar is de omzet in de NOW periode inderdaad 80% lager. Er is echter geen relatie met de pandemie hiervoor. Je spreekt de ondernemer hierop aan. De omzetdaling heeft immers geen relatie met COVID-19. De klant wijst er op dat Premier Rutte in Limburg heeft betoogd dat een omzetterugval ook andere oorzaken mag hebben. Daarbij doelde hij op de wateroverlast: ‘Dus wat is het probleem?’. Daarnaast geeft de ondernemer aan zeker te weten ook later nog last te gaan krijgen van het stilvallen van de orderintake. Je hebt geen prettig gevoel bij deze gang van zaken.
Wat doe je?
- Conform de regeling mag dit seizoensbedrijf gewoon de aanvraag doen. De NOW regeling is niet alleen specifiek voor de COVID Pandemie. Ook in andere bijzondere situaties kunnen ondernemers recht hebben op NOW. Ik zou dus wel meegaan met de ondernemer;
- Ik zou mij hier ook niet senang bij voelen en zou een moreel appel aan de ondernemer doen om geen gebruik te maken van de regeling als het niet nodig is. Dit leg ik vast in het dossier;
- Vanuit de poortwachtersrol zou ik nogmaals een gesprek aangaan met de ondernemer. Ik wijs de ondernemer ook op de mogelijkheid om eventueel minder NOW aan te vragen;
- Ik doe iets anders, namelijk …