67 Respondenten, leden en derden, vulden de poll in. Uit de uitkomsten komt vooral een optimistisch motto naar voren: Never waste a good crisis. Dit is een verstandig moment om, ondanks de economische beproevingen waar we allemaal voor staan, duurzaamheid niet uit het oog te verliezen of hierin zelfs stappen vooruit te nemen. Zowel vanuit eigen beweging, om organisaties en hun diensten en producten toekomstbestendiger te maken, als gestimuleerd van overheidswege, door voorwaarden te verbinden aan steun die op lange termijn zijn gericht.
Is dit hét moment?!
‘Nu of nooit’ heet een recente aflevering van het documentaire programma Tegenlicht. Terwijl we op hetzelfde moment van het CBS horen dat de helft van de bedrijven vreest voor hun voortbestaan, mag het zeker verrassend worden genoemd dat bij de eerste stelling, ‘De coronacrisis is hét moment om een grote stap te maken naar een duurzamere economie’ maar liefst 82,1% heeft gekozen voor de optie: ‘Nu veel bedrijfsactiviteiten noodgedwongen bijna stilstaan, is het logisch om in deze fase na te denken hoe ze straks op een duurzamere manier kunnen worden vormgegeven.’ De andere 17,9% koos voor ‘Nu de meeste bedrijfstakken moeten vechten om te overleven, ontbreken tijd en middelen om werk te maken van verduurzaming.’
De keuze van de meerderheid zien we terug in een opmerking zoals ‘Als we nu de kans niet grijpen moeten bedrijven straks weer door een crisis heen. De omslag moeten ze toch maken.’ Maar ondanks dat er bij het invullen een keuze gemaakt móest worden, was er ook relativerend commentaar zoals: ‘Verduurzaming is een gezonde beweging. Hoe en wanneer je die beweging maakt staat los van een crisis als de huidige.’ En tegenover ‘Verduurzaming is een luxe, die we ons nu even niet kunnen veroorloven. Naast overleven en de Pyramide van Maslov’ stond bijvoorbeeld: ‘Nu is de tijd van bewust leiderschap. Nadenken hoe we willen leven in een wereld waar de economie dienstbaar is aan de mens en de planeet. En niet meer andersom.’
Een ander zegt: ‘Het is precies zoals de tweede argumentatie zegt. We moeten nu de investeringen doen in een omvang waarvan we pre-Covid dachten dat het niet kon.’ Daar was een ander het duidelijk niet mee eens: ‘Enkel absoluut noodzakelijke investeringen worden nog gedaan. Investeringen in “duurzaam vormgeven van de business” hoort daar niet bij, zeker niet als de terugverdientijd langer is dan een jaar.’ Cashflow verdient de volledige aandacht. Ook uitte iemand zijn twijfels of we wel in staat zullen zijn te veranderen, want we besteden nu ‘honderden miljarden om zo snel mogelijk terug keren naar “business as usual”. We willen onze oude zekerheden en comfort terug. Maar diep in ons hart weten we dat dit juist een moment is om aansluiting te zoeken bij de goede voorbeelden die er in de wereld zijn en zo zelf een goed voorbeeld te worden.’
Komen we nog toe aan klimaat?
Met de tweede stelling ‘We moeten zien te voorkomen dat de coronacrisis leidt tot vertraging van klimaatactie.’ is 65,7% van mening dat eigen verantwoordelijkheid centraal staat: ‘Nu maatregelen en conferenties over klimaat worden uitgesteld en CO2-uitstoot vanzelf al afneemt, komt beleid m.b.t. CO2-reductie nóg meer aan op de eigen verantwoordelijkheid van organisaties.’ Daar tegenover koos 34,4% voor ‘Het is begrijpelijk dat het structureel terugdringen van CO2-uitstoot voor ondernemingen nu even geen prioriteit heeft.’ Daarbij werd zoals te verwachten geconstateerd: ‘CO2-uitstoot is geen probleem nu.’
En ‘Door het stilleggen van de economie is er momenteel een zeer grote CO2-afname’, waarbij een ander formuleert: ‘Ik geloof dan ook niets van de stelling dat dit effect alsnog teniet wordt gedaan als de economie weer gaat lopen.’ Iemand schrijft ‘In deze stress-situatie gaat het voor veel bedrijven toch om overleven - en dat doe je in het huidige economische systeem niet met CO2-reductie, dus het is logisch dat op kórte termijn de focus ergens anders ligt.’ Tevens merkt iemand op: ‘Massale houtkap van bomen die CO2 opnemen is wel een probleem. Sluit de biomassacentrales en tel je zegeningen, door de afgenomen economische activiteit is de CO2 problematiek nu even geen prioriteit en mogelijk voor de langere termijn ook niet meer.’
Maar er klinkt ook (zelf)kritiek: ‘Het wordt tijd dat we onze verantwoordelijk nemen. Deze corona-crisis kan daarvoor een goede aanleiding zijn. Misschien moeten we beginnen met de vraag te beantwoorden waarom we dat al die jaren niet hebben gedaan.’ Een ander ziet tevens kansen: ‘Het lijkt mij verstandig om de neergaande lijn van de economie om te buigen middels het ontwikkelen van innovaties op het gebied van CO2-reductie.’
Voorwaarden aan steun?
Het hoofdredactioneel commentaar van de Volkskrant schrijft op 11 mei ‘de nieuwe overheidssteun kan niet meer het “koste wat het kost”-karakter hebben van het eerste pakket’. Waarop het commentaar van NRC een dag later aanvult: ‘Zo gaat het plan van de overheid langzaam over van "liquiditeitssteun" in "solvabiliteitssteun"’ en vaststelt: ‘de moeilijke fase begint nu pas’.
Hierover ging de derde stelling, ‘Aan de miljardensteun voor bedrijven vanuit de overheid dienen ook voorwaarden ten aanzien van verduurzaming te worden verbonden.’ Hierbij stemde 34,3% op ‘Om in de aankomende tijd vast te stellen of bedrijven recht hebben op steun is al lastig genoeg, en eisen op het vlak van duurzaamheid maken dit te ingewikkeld.’
De andere 65,7% sloot zich aan bij: ‘We kunnen noodfondsen maar één keer besteden, dus is het noodzakelijk om criteria te hanteren voor continuïteit op zowel korte als lange termijn.’ Dat werd door iemand vertaald naar ‘De noodfondsen zijn bedoeld om bedrijven de toekomst in te helpen, niet het verleden. Voorwaarden en omvang van reddingspakketten moeten daarom gebaseerd worden op toekomstige relevantie, niet op vergane glorie.’ Ook valt te lezen ‘De focus op financiën heeft ertoe geleid dat bedrijven zich op korte termijn richten en onder andere geen buffers hebben opgebouwd. Dat moet naar de toekomst toe anders en zodanig dat we duurzaam kunnen voortleven.’ Maar er zijn bij deze stelling veel nuanceringen geplaatst: ‘Chantage vanuit de overheid lijkt me op de lange termijn nooit goed. Dat komt als een boemerang terug.’ En ‘Ik denk niet dat je kleine bedrijven die ten onder dreigen te gaan extra eisen op moet leggen. Ik vind wel dat er naar continuïteit op de lange termijn gekeken moet worden en dat bij keuzes gelet moet worden op verduurzaming.’
Een stap verder gaat: ‘Voorwaarden op het gebied van duurzaamheid zouden permanent moeten gelden. Dat kan niet aan de vrije markt worden overgelaten. Als dat had gekund was dat allang gebleken.’ Er wordt gepleit voor een rationele kijk: ‘Voorzichtig zijn hiermee en maatregelen alleen in EU-verband’. Bij de opmerkingen ‘Ook bij noodfondsen hoort een zekere investeringsselectie’ en ‘Levensvatbaarheid is een belangrijke voorwaarde om steun te geven’ valt voor te stellen dat voor accountants een rol is weggelegd.