Stel u bent financieel directeur van een middelgroot bedrijf in consumentenproducten en opereert in een behoorlijk stabiele markt.

Uw commercieel directeur is naar een congres geweest over circulaire economie en heeft nu een voorstel uitgewerkt om het bedrijfsmodel stevig om te gooien. Van sales naar 'product as a service' (pay per use model).

Welke positie neemt u in binnen de directie?

  1. U meent dat in uw specifieke sector circulaire business modellen geen rol van betekenis zullen spelen en vindt het voorstel onverstandig.
  2. U bent sceptisch en vermoedt dat het voorstel vooral dient ten gunste van het bedrijfsimago, maar u wilt zich wel inspannen om de financiële aspecten door te rekenen.
  3. U bent geen voorstander van een product as service-propositie, vanwege onzekerheden rond financiering en terugverdientijden.
  4. U kiest voor een neutrale positie in deze discussie en vindt dat de algemeen directeur dient te beslissen over de te volgen koers.

Slotwoord

Het merendeel van de respondenten (65%) is sceptisch over het voorstel het bedrijfsmodel om te gooien naar 'product as a service' en vermoedt dat het dient ten gunste van het bedrijfsimago. Slechts 5% meent dat er geen rol van betekenis is weggelegd voor dergelijke bedrijfsmodellen. 11% is ook geen voorstander van het bedrijfsmodel vanwege onzekerheden rond financiering en terugverdientijden. 19% is neutraal en laat de beslissing aan de algemeen directeur over. Een deelnemer geeft aan de optie te missen om het idee te omarmen en de businesscase uit werken. En merkt op dat er naast alleen negatieve naar het verleden kijkende antwoorden zijn. Daarmee heeft de invuller zonder meer een punt (al was er ook één neutrale optie): we hadden daarmee meer inzicht kunnen krijgen in het aantal respondenten dat het nieuwe businessmodel daadwerkelijk omarmt.